4,1 miljard euro van het Europees Defensiefonds zal rechtstreeks geïnvesteerd worden in defensieonderzoek. De Commissie presenteert voor het toekomstig meerjarig financieel kader een budget van in totaal 13 miljard euro voor het Europees Defensiefonds. Op deze wijze wil de Commissie de ambitie nastreven dat de EU bij de top vier van defensieonderzoekinvesteerders in Europa gaat horen.

Defensieonderzoek prioriteit in toekomstig EU-budget

Een ambitieus Europees instrument 

De Commissie wil 4,1 miljard euro reserveren voor de financiering van defensieonderzoeksprojecten, binnen het Europees Defensiefonds dat volgens het voorstel van de Commissie in totaal 13 miljard euro zal behelzen. Hiermee wil de Commissie bereiken dat de EU in de top vier van investeerders in defensieonderzoek en –technologie komt. Met de overige 8,9 miljard wil de EU de lidstaten ondersteunen die na de onderzoeksfase investeren in de ontwikkeling van prototypen en testactiviteiten: projecten met hogere Technology Readiness Levels (TRLs).

 

Projecten met minimaal drie deelnemers uit minimaal drie lidstaten komen in aanmerking voor financiering. Deze onderzoeksprojecten dienen Europa veiliger te maken en aan te sluiten bij de prioriteiten van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid van de EU. Ook wil de Commissie de samenwerking met het mkb stimuleren. Daarnaast zal 5% van het budget gereserveerd worden voor disruptieve technologie en innovatieve apparatuur.

Ook wil de Commissie inzetten op synergie met het EU-onderzoeksprogramma, Horizon Europe. Op specifieke onderwerpen kan de samenwerking gezocht worden, bijvoorbeeld door het uitwisselen van onderzoeksresultaten of het delen van expertise. Op die manier kunnen de twee programma’s elkaar aanvullen en van elkaars werk profiteren. In dat kader noemt de Commissie cyber security als voorbeeld. 

Context

Verbetering van de veiligheid is één van de prioriteiten van Commissie Juncker. In juni 2017 werd het Europees Defensiefonds gepresenteerd, bestaande uit 5,5 miljard euro voor de resterende begrotingsperiode. Dit voorstel is een verdere opschaling en uitbreiding van het al bestaande fonds met een groter budget. Er zal nu onderhandeld worden met het Parlement en de Raad over de inhoud en omvang van het programma, als onderdeel van het nieuwe meerjarig financieel kader dat vanaf 2021 in zal gaan. Het Parlement hoopt een eerste lezing af te ronden vóór de verkiezingen in mei 2019.