Het nieuwe Erasmus-programma moet toegankelijker worden door inclusiviteit en gelijkheid centraal te stellen, volgens het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC). Hiervoor is volgens het comité een verdrievoudiging van het budget vereist. Dit blijkt uit de opinie van het EESC over het Erasmus-programma. Ook mist het comité specifieke maatregelen om de kwaliteit en toegankelijkheid van het beroepsonderwijs te verbeteren. Daarnaast pleit het EESC voor een gemakkelijkere procedure voor projectaanvragen en vraagt ze om een onderwijscomponent in het DiscoverEU programma.

EESC pleit voor inclusiviteit en gelijkheid in het nieuwe Erasmus-programma

Meer budget voor een inclusiever Erasmus

Inclusiviteit en gelijkheid moeten het uitgangspunt zijn in het nieuwe Erasmus-programma, zo stelt het Europees Economisch en Sociaal Comité (EESC) in haar opinie over het Erasmus-voorstel. Het comité wil dat iedereen de mogelijkheid krijgt om te profiteren van hoogwaardige en inclusieve voorzieningen voor onderwijs. Om dit te bereiken vraagt het EESC om een verdrievoudiging van het budget, in plaat van een verdubbeling. Door deze budgettoename laat de EU volgens het EESC zien dat de educatieve, persoonlijke en professionele ontwikkeling van alle burgers een prioriteit is.

Beroepsonderwijs

De toename in budget voor het beroepsonderwijs is positief, maar mist volgens het EESC specifieke maatregelen om de kwaliteit, aantrekkelijkheid en toegankelijkheid voor dit type onderwijs te verbeteren. Ook een verbetering van de mobiliteit van deelnemers aan het beroepsonderwijs is noodzakelijk volgens het comité. Zij onderstreept in dat kader het belang van validatie en erkenning van onderwijs- en opleidingsprogramma’s in het buitenland en online en stelt dat in de verordening verwezen moet worden naar de Europese afspraken daarover.

Overige wijzigingen

Ook stelt het EESC voor om eenvoudigere procedures voor projectaanvragen in te voeren, waardoor het programma toegankelijker wordt voor verschillende soorten organisaties. Daarnaast is het EESC van mening dat DiscoverEU een sterke onderwijscomponent moet bevatten om onder het Erasmus-programma te vallen. Het EESC waardeert de nieuwe mogelijkheden voor virtuele samenwerking, hierdoor wordt Erasmus toegankelijker voor fysiek minder mobiele groepen. Zij benadrukt wel dat dit slechts een aanvulling moet zijn op de fysieke ervaring en géén vervanging. Ten slotte is het EESC van mening dat de naam van het programma 'Erasmus+' moet blijven zodat duidelijk is dat meerdere programma’s onder deze naam vallen en uit te stralen dat het programma niet enkel voor het hoger onderwijs bedoeld is.

Context

Het Europees Economisch en Sociaal Comité is een adviesorgaan van de EU waarin werkgevers, werknemers en andere maatschappelijke organisaties zijn vertegenwoordigd. Het Comité heeft als doel om een brug te slaan tussen de EU en het maatschappelijk middenveld. Het Parlement en de Raad zijn niet verplicht om dit advies over te nemen. De opinie van het EESC komt deels overeen met het conceptrapport van het Europees Parlement, het Parlement vraagt namelijk ook om een verdrievoudiging van het budget. Ook ziet het Parlement het belang van sociale inclusie, ze stelt namelijk voor om een nieuw hoofdstuk toe te voegen aan de verordening om maatregelen op te nemen voor sociale inclusie. Tijdens een eerdere evaluatie werd al duidelijk dat er meer kansen voor mbo-studenten en kansarme jongeren opgenomen moeten worden in het programma.