Erasmus+ heeft tot nu toe successen geboekt in het bevorderen van inclusie en diversiteit. Dat blijkt uit de tussentijdse evaluatie het huidige Erasmus+-programma en de eindevaluatie van het vorige programma. De opvolger vanaf 2028 moet zich beter inzetten op skills, concurrentiekracht en AI. De toekomst van de Europese Universiteitenallianties en de Centres of Vocational Excellence blijft onzeker. 


Erasmus+ bevordert inclusie en skills, maar moet beter concurreren

Inclusie en diversiteit aan de top

Erasmus+ is zeer effectief in het bevorderen van inclusie en diversiteit. Dat blijkt uit de lang verwachte evaluatie van het Erasmus+-programma. Dit betreft de tussentijdse evaluatie van het huidige programma (2021-2027) en de eindevaluatie van het vorige programma (2014-2020). Inclusie en diversiteit vormen het meest succesvolle onderdeel van het huidige programma. Sinds 2014 hebben steeds meer mensen met minder kansen aan Erasmus+ kunnen deelnemen: dit aandeel is gestegen van 10% naar 15%. Bijna 30% van de jongeren behoorden tot inclusiegroepen. Om deze groepen nog beter in beeld te krijgen en te bereiken, is het echter van belang een scherpere definitie te formuleren. Ook is verdere financiering hiervoor noodzakelijk. Uit de resultaten van de consultatie bleek dat vier op de tien instellingen geld tekort komt voor Erasmus+.

Meerwaarde voor skills, kennis en innovatie

De opvolger van Erasmus+ moet zich sterker richten op concurrentie en skills voor de toekomst. Uit de evaluatie blijkt dat Erasmus+ helpt Europese waarden, democratisering en werkgerelateerde vaardigheden te bevorderen. Zo zegt 84% van de deelnemers dankzij Erasmus+ waardevolle vaardigheden te hebben opgedaan. Volgens de evaluatie heeft 99% van de deelnemers voordelen ervaren van hun mobiliteit. Ook organisaties, vooral kleinschalige, rapporteren verbeteringen op het gebied van samenwerking, lespraktijken, capaciteitsopbouw en internationalisering. Ook 64% van de instellingen ziet toegenomen innovatiecapaciteit en kennisuitwisseling. Het volgende programma zal dan ook inzetten op sterkere vaardigheden voor burgerschap en STEM, in lijn met de Union of Skills.

Meer AI, meer digital

Ook AI en digitalisering krijgen een prominente rol in het volgende Erasmus+-programma. Tijdens de coronapandemie bleek het programma van grote toegevoegde waarde voor de digitalisering van het onderwijs. Het programma zorgde voor een positievere houding tegenover digitalisering. Dit geldt ook voor duurzaamheid, hoewel hoge kostenlasten een belemmering blijven voor vergroening. De opvolger moet dan ook blijven inspelen op nieuwe ontwikkelingen en meer projecten rond AI en digitalisering ondersteunen. Dit is van belang voor concurrentiekracht en toekomstgerichte vaardigheden.

Wat gebeurt er met de Allianties en de CoVE's?

De Commissie werkt aan een langetermijninvesteringspad voor de financiering van de Europese Universiteitenallianties. Voor de Centres of Vocational Excellence en de Teacher Academies lijkt de Commissie voorzichtiger. Zij geeft aan te zoeken naar mogelijkheden om de financiering te versterken, met het oog op opschaling en verduurzaming van deze intiatieven. Daarnaast start de Commissie een pilot voor European School Alliances om mobiliteit voor jonge leerlingen en leraren te bevorderen.

Internationaliseren en concurreren

De Commissie wil ook de deelname van geassocieerde landen voortzetten voor skills en concurrentie. Ze is positief over de samenwerking met derde landen vanwege de grote bijdrage aan internationalisering en mogelijke EU-toetreding. Het volgende programma zou daarom bijzondere aandacht schenken aan economisch opkomende landen om vaardigheden aan te trekken en de ’concurrentiekracht van de EU te versterken.

Samenwerking en partnerschappen

Om meer impact te realiseren, moeten partnerschappen eenvoudiger worden gemaakt en meer financiering ontvangen. De effecten van de Jean Monnet-acties moeten nog verder worden geëvalueerd. Ondanks eerdere versimpeling, blijft er behoefte aan verdere stroomlijning van procedures en financieringsrichtlijnen binnen het programma.

Context

De Europese Commissie opende tot 8 december 2023 haar publieke consultatie voor de tussentijdse evaluatie van het huidige programma (2021-2027) en de eindevaluatie van het vorige programma (2014-2020). Hierin beoordeelt de Commissie onder meer de effectiviteit, toegevoegde Europese waarde en coherentie van het programma dusver, gebaseerd op publieke en nationale consultaties. De uiteindelijke resultaten van de consultatie werden in het vierde kwartaal van 2024 verwacht. De Commissie zal deze gebruiken om het nieuwe kaderprogramma vanaf 2028 vorm te geven. Neth-ER deelt haar Erasmus+ standpunten in haar position paper, waarin zij onder meer vraagt om een verdubbeling van het nieuwe budget en versimpeling van administratieve taken.

Blijf op de hoogte

Cookies

Wij gebruiken cookies om uw ervaring op onze website te verbeteren, voor analytische doeleinden en om u gepersonaliseerde inhoud en advertenties te tonen. Voor meer informatie over hoe wij cookies gebruiken, kunt u ons Cookiebeleid lezen.

Instellingen   Info  

OK

Instellingen

Essentiële cookies zijn cookies die ervoor zorgen dat de website goed functioneert en dat uw voorkeuren (vb. taal, regio) goed worden opgeslagen. Analytische cookies laten ons toe om het gebruik van de website te analyseren en de bezoekerservaring te verbeteren. (altijd actief)
Marketing cookies hebben als doel om uw ervaring te kunnen personaliseren en u relevante inhoud en aanbiedingen te sturen op deze en andere websites

Info most common cookies

Cookie Name  Value  ExpiresTypedescription