Er is een gezamenlijke Europese aanpak nodig voor de integratie van burgers uit derde landen in het beroepsonderwijs, zo pleit een door Cedefop opgezette werkgroep bestaande uit Europese belangenorganisaties voor het mbo in een nieuw rapport. Door een EU-breed kader kunnen integratieprocessen beter worden afgestemd. Ook zullen mbo-instellingen zelf een stapje extra moeten zetten voor de integratie van onderdanen van derde landen, aldus de werkgroep.

Netwerk van belangenbehartigers mbo wil holistische aanpak voor integratie migranten

Aanbevelingen aan het mbo

De werkgroep geeft ook aanbevelingen aan mbo-instellingen in Europa, zo moeten zij bijvoorbeeld meer aandacht besteden aan extra trainingen voor leerkrachten om hen uit te rusten met vaardigheden voor interactie met ODL. Dit zou integraal onderdeel moeten zijn van hun beroepsomschrijving, aldus de werkgroep. Ook kunnen validatiemechanismes voor leerervaring van ODL flexibeler worden ingezet en meer gericht zijn op integratie in de arbeidsmarkt. De MBO-Raad wordt in het rapport als goed voorbeeld genoemd voor het examineren van eerder opgedane leerervaring bij ODL en het verkennen van arbeidsmogelijkheden op basis van persoonlijke gesprekken.

Context

De aanbevelingen in het rapport van de werkgroep sluiten aan bij het onlangs gepresenteerde Europese migratiepact door de Commissie. In 2017 zette Cedefop, het Europees Centrum voor de ontwikkeling van de beroepsopleiding, samen met belangenorganisatie EUProVET een gemeenschap op van Europese belangenorganisaties voor het mbo om samenwerking tussen beroepsonderwijsaanbieders te stimuleren en hun behoeftes en prioriteiten in kaart te brengen. In de eerste drie jaar van haar mandaat werden drie werkgroepen opgericht omtrent drie themagebieden waaronder de integratie van ODL in het beroepsonderwijs. Ook de andere twee werkgroepen presenteerden hun rapporten over het belang van e-skills en het vergroten van de aantrekkelijkheid van het mbo door engagement van staf.