Nederland besteedt minder geld aan onderzoek en ontwikkeling dan de gemiddelde EU-lidstaat. Nederland geeft 2,16% van het bbp uit aan onderzoek, waar het gemiddelde van Europa op 2,19% ligt. Daarmee is het gestelde doel van 3% nog niet in zicht, concludeert Eurostat. Daarnaast loopt de EU achter op de VS en Japan, maar ligt de EU wel voor op Rusland en China.

Nederland geeft minder uit aan onderzoek dan Europa

Nederland blijft onder gemiddelde ondanks stijging

Nederland geeft minder uit aan onderzoek en ontwikkeling dan het gemiddelde van de 27 EU-lidstaten, zo blijkt de analyse voor 2019 van Eurostat. Nederland besteedde namelijk 2,16% van het bruto binnenlands product, terwijl het gemiddelde percentage van de 27 EU-lidstaten op 2,19% ligt. Dit betekent dat het nationale doel van Nederland om de uitgaven van onderzoek en ontwikkeling naar 2,5% te brengen, nog niet is behaald. Ook het doel uit de Europa 2020-strategie om Europabreed 3% uit te geven is niet is bereikt. In totaal besteedden de lidstaten 306 miljard euro aan onderzoek en ontwikkeling in 2019. Tien jaar geleden lag het Europese percentage nog op 1,97%. Vanuit een mondiaal perspectief is er ten opzichte van vorig jaar weinig veranderd. De EU loopt nog steeds achter op Zuid-Korea (4,52%), Japan (3,28%) en de Verenigde Staten (2,82), maar iets voor op China (2,06%).

Context

De 3% norm is een Europese afspraak en werd ook vastgelegd in de Europese Onderzoeksruimte. De lidstaten steunen de norm weliswaar, maar voldoen er niet aan. Begin september concludeerde de Europese Rekenkamer al dat de EU-lidstaten de afgelopen tien jaar steken hebben laten vallen door de 3% norm niet te bereiken. In juni concludeerde Eurostat dat Europa wat uitgaven aan onderwijs en onderzoek betreft tot de middenmoot behoort.