Nederland vergroent met Europese steun
Het Nederlandse herstelplan is bijzonder ambitieus, maar de investeringen zijn niet zo groot. Dat concludeert de European Parliamentary Research Service (EPRS), de studiedienst van het EP, na een analyse van alle plannen. Nederland ontvangt 5,4 miljard euro uit het Europese herstelfonds. Een zeer groot deel daarvan gaat naar vergroening: 55%, terwijl 37% vereist is. Enkel Denemarken, Hongarije en Luxemburg besteden hier meer aan. Nederland besteedt ook meer aan digitalisering dan gevraagd, namelijk een kwart in plaats van een vijfde. Daarmee voldoet Nederland ruimschoots aan de gestelde eisen.
Impact blijft beperkt
Toch zal de impact van het herstelfonds in Nederland waarschijnlijk beperkt blijven. Het Europese geld maakt nog geen 0,7% uit van het Nederlandse bbp. Andere landen ontvangen fors meer, zo blijkt uit de analyse, zoals Griekenland (19,6% van het bbp), Kroatië (18,5%) en Spanje (13,1%). Dat is niet zo heel vreemd, aangezien het Europese herstelfonds gericht was op snel economisch herstel na de ontwrichtende coronacrisis.
Eerste tranche krijgt groen licht
Onafhankelijk van het Parlement is de Commissie akkoord met de eerste betalingen aan Nederland uit het fonds ten bedrage van 1,3 miljard euro. Dat is zo’n 24% van het totaal. Deze eerste tranche gaat voornamelijk naar twee maatregelen uit het Nederlandse herstelplan. Een daarvan is de subsidieregeling Nederland Leert Door, die leven lang ontwikkelen stimuleert. Een ander deel van het geld gaat naar de congestie van het elektriciteitsnet.
Context
De Recovery and Resilience Facility (RRF of in het Nederlands herstel- en veerkrachtfaciliteit) is onderdeel van NextGeneration EU, het Europese coronanoodfonds. Dit budget is bedoeld om lidstaten te helpen na de coronacrisis. Om aanspraak te maken op het geld moesten landen een nationaal herstelplan indienen, dat goedkeuring moest krijgen van de Commissie en de andere EU-lidstaten. Ieder plan moest voldoen aan een aantal budgeteisen, zoals minstens 37% voor het klimaat, en de aanbevelingen uit het Europees Semester. Nederland diende door de kabinetsformatie 2022 als laatste een plan in. Sindsdien heeft Nederland het plan één keer herzien in het kader van RePowerEU, een plan om Europa minder afhankelijke te maken van Russische energie.
