De leesvaardigheid van Nederlandse kinderen is tussen 2016 en 2021 flink afgenomen. Op Slovenië na daalde de leesvaardigheid van Nederlandse kinderen het meest. Nederland scoort nu onder het EU-gemiddelde. Dat blijkt uit de resultaten van de Progress in International Reading Literacy Study (PIRLS).


Nederlandse kinderen lezen steeds slechter

Nederlandse kinderen lezen minder goed  

De gemiddelde leesvaardigheid van Nederlandse kinderen is in de periode 2016-2021 flink afgenomen. Op Slovenië na daalden in geen enkel land de leesprestaties meer dan in Nederland. Dat blijkt uit de vergelijkende analyse van de resultaten van de Progress in International Reading Literacy Study (PIRLS) in de lidstaten van de EU. Nederland scoort nu onder het EU-gemiddelde wat betreft leesprestaties van leerlingen aan het einde van groep 4 van de basisschool. In de vorige meetperiode van 2011-2016 daalde de leesvaardigheid slechts licht. Ook zorgwekkend is het aantal kinderen in Nederland met slechte leesprestaties. Dat is bijna verdubbeld de afgelopen vijf jaar, naar 20 procent.

Dalende EU-prestaties in een tijd van pandemie 

Nederland is niet het enige land dat met dalende leesprestaties te maken heeft. Geen van de lidstaten zag de afgelopen jaren een verbetering in de leesprestaties. Sterker nog, de meeste landen ervoeren net als Nederland ernstige achteruitgang. Ook blijkt uit de studie dat het aantal kinderen met lage leesprestaties stijgt en dat het aantal hoog scorende kinderen afneemt. Verder blijkt dat meisjes beter lezen dan jongens en ziet de studie grote verschillen in leesvaardigheid wat betreft sociaal economische status. De PIRLS-studie werd ondernomen ten tijde van de coronacrisis, wat de leesprestaties negatief beïnvloed kunnen hebben. Echter kunnen de resultaten van de studie zelf de impact van Covid-19 niet meten, aldus de studie.

Oplossingen? 

Het rapport stelt een aantal oplossingen voor. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat de hele schoolgemeenschap, oftewel het schoolbestuur, leraren, staf, maar ook ouders en families, zich verantwoordelijk voelen voor de leerervaring en uitkomsten van ieder kind en daar dus ook voor samenwerken binnen en buiten de school. Dit moet uiteindelijk leiden tot een ondersteunende schoolomgeving. Ook stelt de Commissie het gebruik van kunstmatige intelligentie voor om leesmoeilijkheden snel te detecteren. Over het algemeen zouden lidstaten er werk van moeten maken om flexibelere aanpakken en meer gepersonaliseerde vormen van leraren te faciliteren. Tenslotte stelt onderzoek vast dat dagelijks voorgelezen worden positieve impact heeft. Het opzetten van programma’s voor het weggeven van boeken aan minder bedeelde families zijn beloftevolle oplossingen om kinderen in aanraking met lezen te brengen.

Context

De PIRLS wordt sinds 2001 iedere vijf jaar ondernomen en meet de leesvaardigheid van kinderen tussen de 9 en 11 jaar oud uit verschillende landen. Aan het onderzoek deden bijna alle EU-lidstaten mee. 400.000 studenten afkomstig van 13.000 scholen in 57 onderwijssystemen namen deel. De EU neemt leesvaardigheid serieus en heeft zich tot doel gesteld om het aantal slecht presterende lezers in de EU in 2030 terug te brengen tot minder dan 15% van het totale aantal kinderen. Om dit voor elkaar te krijgen presenteerde de Commissie in 2022 het Pathways to School Success-initiatief.