Slimme specialisatiestrategieën (RIS3) zijn een efficiënt gereedschap die collectieve processen tussen regionale belanghebbenden in gang zet en innovatieve en complexe projecten bevordert. Echter geven deelnemers aan RIS3 aan dat de impact van de strategieën lastig in kaart te brengen is. Dit concludeert het Joint Research Centre in een reflectierapport.


Slimme specialisatiestrategieën gewaardeerd, maar impact lastig meetbaar

RIS3 leidt tot vernieuwing

Slimme specialisatiestrategieën (RIS3) vormen een essentieel instrument voor de vernieuwing van sectoren door belanghebbenden binnen een regionaal ecoysteem bij elkaar te brengen. Dit concludeert het Joint Research Centre (JRC) in het reflectierapport ‘Reflections guiding smart specialisation strategies impact assessment’ waarvoor experts uit twaalf regio’s, waaronder Noord-Nederland, zijn geïnterviewd. De strategieën brengen collectieve processen tot stand waardoor een breed palet aan belanghebbenden, zoals onderwijs- en onderzoekinstellingen, bedrijven en maatschappelijke organisaties, deel kan nemen aan beleids- en besluitvormingsprocessen op regionaal niveau. Ook creëren de strategieën een gevoel van eigenaarschap bij de deelnemers, bevorderen zij meer innovatieve, complexe projecten en efficiënter gebruik van financiële middelen.

Impact lastig te meten 

Deelnemers erkennen dus de meerwaarde van de slimme specialisatieaanpak , maar vinden het lastig impact concreet te meten. Experts en deelnemers benadrukken dat dataverzameling en het verder ontwikkelen van monitormechanismes van belang zijn om geschikte beleidsinstrumenten te te vinden die leiden tot regionale ontwikkeling. Ook is het volgens hen pas na 10 tot 15 jaar mogelijk om de impact van de aanpak volledig te kunnen vatten. Tenslotte bepleiten deelnemers dat ook de impact op het welzijn van mensen en op samenhang tussen Europese regio's gemeten moet worden.

Context

‘Slimme specialisatie’ betekent dat een regio zich focust op een beperkt aantal toekomstgerichte activiteiten in nieuwe waardeketens, waarin deze regio specifieke sterkten heeft. De Commissie introduceerde het concept na de wereldwijde economische crisis om de Europese Structuur- en Investeringsfondsen (ESIF) in de programmaperiode 2014-2020 efficiënter te besteden. Het opstellen van een RIS3-strategie is een voorwaarde als een regio geld wil ontvangen uit het ESIF. In de programmaperiode 2021-2027 wordt de slimme specialisatieaanpak voortgezet. Het JRC doet vaker onderzoek naar RIS3 en concludeerde eerder al dat Europese regio’s baat hebben bij deze strategieën, al zijn er wel verbeteringen mogelijk zoals een grotere rol voor het beroepsonderwijs.