De Raadsaanbeveling Upskilling Pathways uit 2016 had slechts geringe impact. Dat blijkt uit de evaluatie van de aanbeveling die ervoor moest zorgen dat volwassenen in de EU basisvaardigheden als geletterdheid, digitale vaardigheden en rekenen zouden aanleren. Er blijken grote verschillen in de manier waarop lidstaten de aanbeveling implementeren. De genomen maatregelen hebben te weinig bereik en het initiatief leunde grotendeels op EU-projectfinanciering in plaats van structurele nationale financiering.


 Raadsaanbeveling Upskilling Pathways bracht weinig nieuwe kansen voor volwassenen

Bijscholingspaden niet op het pad van lidstaten  

Er is slechts geringe progressie geboekt in het verstrekken van basisvaardigheden aan volwassenen met lagere vaardighedenniveaus. Dat blijkt uit een evaluatie van de Raadsaanbeveling Upskilling Pathways uit 2016. Het doel van deze aanbeveling was om het aantal volwassenen dat beschikt over schrijf- reken- en digitale basisvaardigheden in de EU te verhogen. Echter blijkt de implementatie van de aanbevelingen sterk te verschillen in lidstaten en zijn de implementatiemaatregelen van de lidstaten vaak op te kleine schaal en zonder voldoende bereik. Het helpt daarbij ook niet dat lidstaten vooral EU-projectfinanciering benutten in plaats van zelf op nationaal niveau financiering vrij te maken.

Lidstaten kunnen implementatie verbeteren 

Vanwege de stijgende arbeidstekorten en vaardighedenmismatches vindt de Commissie het belangrijk dat de implementatie van de Upskilling Pathways-Raadsaanbeveling wordt verbeterd. Zij hoopt dat lidstaten strategische samenwerking op nationaal niveau versterken om geïntegreerde bijschoolpaden en open leergemeenschappen te creëren. Ook dienen de begunstigden voor bijscholing beter gedefinieerd te worden, zodat steunmaatregelen op maat kunnen worden gemaakt voor de specifieke behoeften van het individu. Dat sluit ook aan bij een andere aanbeveling die stelt dat communicatiecampagnes zich moeten richten op de moeilijkst te bereiken. Tenslotte hoopt de Commissie dat lidstaten de Herstel- en Veerkrachtfaciliteit en het Europees Sociaal Fonds benutten om in infrastructuur en hervormingen te investeren en die vervolgens te bestendigen met nationale financiering.  

Hoe gaat Nederland het af? 

Nederland behoorde in 2016 bij de groep landen waarvan de Commissie stelde dat de nood voor verandering minder hoog was dan voor andere groepen landen. Toch hebben volgens het Expertisepunt Basisvaardigheden 2,5 miljoen mensen in Nederland moeite met basisvaardigheden. Volgens de aanbeveling heeft Nederland in de periode 2016-2021 geen hervormingen doorgevoerd. Desondanks steeg het aantal volwassenen dat deelneemt aan training en daalde het aantal volwassenen met lage basisvaardigheden.

Context

Bijna twintig procent van de EU-bevolking heeft moeite met lezen, schrijven, rekenen en het gebruik van digitale middelen. Dat is een probleem, want zonder deze vaardigheden hebben zij een hoger risico op werkloosheid, armoede en sociale exclusie. In 2016 besloot de Commissie als onderdeel van de vaardighedenagenda actie te ondernemen om volwassenen te helpen bij het vergaren van basisvaardigheden. De lidstaten werd aangeraden bijscholingspaden op te zetten met drie stappen bestaande uit een vaardighedenbeoordeling, een leeraanbod en de validatie en erkenning van de leerervaring. De nieuwe vaardighedenagenda, gelanceerd in 2020, bevat ook doelen en acties gericht op basisvaardigheden voor volwassenen. De Commissie wil in 2030 zestig procent van de volwassenen trainen en specifiek voor digitale vaardigheden wil zij dat tachtig procent van de bevolking deze heeft. Een van de acties betreft individuele leerrekeningen, die volwassenen ook financieel in staat stellen bijscholing te betalen.